Defaecografie
Bij een defaececografie wordt het rectum (de endeldarm) met behulp van röntgenstralen in beeld gebracht en bekijken we de werking van de bekkenbodem en de sluitspier bij ontlasting. Het onderzoek spitst zich toe op de werking van het achterste gedeelte van de bekkenbodem, de anale streek. Dit onderzoek gebeurt in geval van incontinentie, rectumevacuatiestoornissen, een vermoeden van rectumprolaps en dergelijke.
Het onderzoek zelf
De verpleegkundige begeleidt je naar het kleedhokje zodat je een ziekenhuishemd kan aantrekken.
Bij het binnenkomen in de zaal zal je gevraagd worden om op je linkerzijde plaats te nemen op een tafel om een rectale sonde te kunnen plaatsen. Via dit kleine buisje wordt witte (barium) pap in je rectum gebracht. Hierdoor krijg je het gevoel dat dit laatste stukje dikke darm vol is en dat je stoelgang moet maken. Het onderzoek is niet pijnlijk, al kan het plaatsen van de sonde wat ongemak veroorzaken.
Nadien worden röntgenopnames gemaakt in verschillende houdingen. Een ontspannen houding, bij het hard dicht knijpen van de billen (optrekken van de bekkenbodemspieren) en bij het persen.
Het onderzoek eindigt met het maken van röntgenopnames terwijl je stoelgang maakt, zittend op een nachtemmer.
Het onderzoek duurt ongeveer 30 minuten.
Na het onderzoek
Na het maken van de foto’s mag je dadelijk naar het toilet. Je krijgt een washandje en een handdoek zodat je je wat kan opfrissen.
Als je geen andere onderzoeken meer gepland hebt, mag je de dienst verlaten. Meestal kan je dagelijkse activiteiten onmiddellijk na het onderzoek hervatten.
Het onderzoek kan de volgende dagen eventueel constipatie veroorzaken en de stoelgang wit doen kleuren. Je kan verstopping vermijden door enkele dagen lang elke dag twee liter water extra te drinken.
Het verslag wordt samen met de beelden doorgestuurd naar de aanvragende arts.
Praktische informatie
Hoe je een afspraak maakt, hoe je je kunt voorbereiden op het onderzoek en waar je je beelden kunt raadplegen, lees je hier.
Praktische info
